10. Schorenshof

VRAAG 10: SCHORENSHOF is de grootste concentratie van sociale woningen in ons dorp (maar niet de enige). Bewoners, verenigingen, buurtwerkers, ondervinden dat wederzijdse integratie en inclusie verre van vanzelfsprekend is. Wat is uw visie op sociale inclusie van (ondermeer) de bewoners van het Schorenshof in Wilsele-Dorp?

PVDA: Gezamenlijke buurtfeesten zijn een goed middel om elkaar te leren kennen. Een buurtcentrum kan centraal staan in die buurtfeesten. Ook is het mogelijk via een jeugdwerking verschillende groepen te betrekken. Het Buurtcentrum speelt een cruciale rol in communicatie. Bewoners van het Schorenshof moeten zoveel mogelijk worden geïnformeerd en betrokken, bij allerhande activiteiten die plaatsvinden in het dorp. De bestaande Buurtkrant wordt bedeeld door de stad en in elke brievenbus over Wilsele Dorp en de website’s van Dorpscomitee 3012WD, van de Scoutsgroep St Maarten, het kan allemaal helpen zoveel mogelijk te communiceren en mensen op de hoogte te brengen.

GROEN: Vooraf: we vinden het goed dat er over het hele grondgebied van Leuven voldoende sociale woningen zijn. Op dit moment zijn dat er globaal nog steeds te weinig. We hebben immers heel wat bijkomende initiatieven nodig om structurele antwoorden te bieden op de wooncrisis. Tegelijk zijn we voorstander van een spreiding van groepen nieuwe sociale woningen, om zo tot een optimale situatie voor iedereen te komen. Alle burgers, in welk soort woning ze ook wonen, horen er voor ons bij. In een eerder antwoord gingen we al in op de vraag naar het nieuwe gemeenschapscentrum. Bij dergelijke keuzes willen we maximaal gaan voor verbinding van alle bewoners. De verdere kwalitatieve uitbouw van Wilsele-Dorp (onder meer integreren van gemeenschapsfuncties, routes voor zacht verkeer, groenvoorzieningen, …) is telkens opnieuw een mogelijkheid om te komen tot verbinding en inclusie.

SP.A: Dit is een bijzonder belangrijk onderwerp voor ons en een centraal thema in het zonet verschenen boek ‘Verbinden boven verdelen’, van kandidaat-burgemeester Mohamed Ridouani. Elke dag zijn er mensen die andere mensen helpen. Oplossingen komen vaak van onderuit en dat moeten we stimuleren. Mensen die solidair gedrag stellen, dienen gehoord, gewaardeerd en versterkt te worden. 1. We versterken het Kom op voor je Wijk-project waarmee we inzetten op het samenleven in de buurt. 2. Inzetten op onderwijs voor de kinderen, en op geletterdheid en tewerkstelling van de ouders. 3. We versterken de werking van de buurtcentra en laten die plaatsen uitgroeien tot de lokale kloppende harten, waar ook buurtbewoners en sociale organisaties uit de buurt bij betrokken zijn, zodat er nieuwe en verbindende initiatieven ontstaan. 4. We bestrijden eenzaamheid actief en doorbreken het isolement, in samenwerking met de buurtwerking, actieve buurtbewoners, vrijwilligers, welzijnsorganisaties... We zorgen voor buurtplekken, overdekt en in openlucht, in elke wijk, waar ontmoeting gestimuleerd wordt. 5. Leuvense jongeren gunnen we (wisselende) open(bare) ruimtes waar ze elkaar ‘s middags,voor en na school kunnen ontmoeten. 6. Voor ouderen garanderen we veilige verplaatsingen naar trefpunten, onder meer door overleg en samenwerking met openbare vervoersmaatschappijen. 7. We ondersteunen en stimuleren buurtinitiatieven die ontmoeting en solidariteit centraal stellen. De stad kan administratief en logistiek helpen. Een digitaal platform kan naast het koppelen van vraag en aanbod, het vragen en verkrijgen van tips, ook acties waarderen en op elkaar afstemmen. 8. We organiseren jaarlijks een waarderingsmoment voor vrijwilligers en inwoners die zich engageren in hun buurt. 9. Vrijwilligerswerk op buurt- en stadniveau moedigen we aan. Hun engagement is waardevol voor de stad. We zijn wel tegen het 'ge-economiseerde' vrijwilligerswerk. We starten een vrijwilligersloket waar vrijwilligers en organisaties aan elkaar gekoppeld worden en gerichte wervingsacties gevoerd worden.

CD&V: De wederzijdse integratie en inclusie is inderdaad niet evident vandaag. Nochtans is dit voor CD&V een prioriteit. Daarom moeten we ons inspannen om de bewoners van sociale woningen beter te betrekken bij het sociale leven. Het lijkt ons nuttig om onderzoek te doen naar de betrokkenheid bij het verenigingsleven. Nu is dit minder duidelijk. Vermoedelijk zijn toch heel wat kinderen actief in sportverenigingen van Leuven of Herent. Voor inwoners met een migratie-achtergond is een specifieke aanpak wenselijk.

N-VA: Het buurtcentrum Schorenshof moet gericht zijn op heel het dorp en een plek worden waar iedereen zich thuis voelt. Het OCMW speelt een centrale rol. Met het Geïndividualiseerd Project voor Maatschappelijke Integratie kan het OCMW mensen op weg naar werk zetten. En een buddy werking met de buurt kan een wederzijdse dialoog starten. Inburgering en integratie in het algemeen betekenen voor N-VA dat vreemdelingen die bij ons komen wonen, zich inschakelen in en actief deelnemen aan onze samenleving. Elke nieuwkomer heeft naast rechten ook plichten, meer bepaald het actief inspanningen leveren voor zijn inburgering. De Nederlandse taal leren is voor ons de eerste en belangrijkste stap naar integratie. Wij geloven ook in het lanceren van een privaat online buurtnetwerk zoals Hoplr dat met adresverificatie werkt. Op die manier kunnen we buurten en wijken met elkaar linken en stimuleren we offline ontmoetingen. N-VA wil dat zowel ‘stamboek-Leuvenaars’ als nieuwe Leuvenaars zich thuis voelen in hun stad. Integratie is dan ook breder dan inburgering van buitenlandse migranten alleen.

OPENVLD: Sociale woningen mogen geen synoniem worden voor een sociaal getto. Een gezonde mix van verhuren aan minder begoeden als te koop aanbieden van units aan mensen uit de middenklasse ( aan correcte prijzen ), kan er al voor zorgen dat de integratie een stuk vlotter loopt en de stigmatisering van een sociale wijk afneemt. Het aanwezig zijn van een buurthuis in Schorenshof met intensief gebruik van alle verenigingen uit heel Wilsele-Dorp zal ook de integratie bevorderen.

VLAAMS BELANG: Sociale inclusie vindt pas een echt draagvlak wanneer mensen hun inspanningen op dit terrein ook daadwerkelijk in resultaten omgezet zien. In de praktijk staan vaak de bereikte resultaten niet in verhouding tot de geleverde inspanningen. Bij wederzijdse integratie wordt ook wederkerigheid verwacht en mag de inzet en de inspanning niet op slechts één van de deelnemende partijen worden afgewenteld. In de praktijk loopt het vaak reeds mis met de toewijzingspolitiek van sociale woningen door de SHM Dijledal. Concentratievorming van vreemdelingen moet reeds op dat moment worden aangepakt o.a. door het procentueel aantal toewijzingen van sociale woongelegenheden aan vreemdelingen te beperken. Het Vlaams Belang kiest voor een duidelijke regeling waarbij Leuvense en Nederlandstalige inwoners bij voorrang een sociale woning toegekend krijgen. Daarnaast moeten blijvend inspanningen worden geleverd om de buurtwerking te integreren in de bestaande bredere woonomgeving.