Kolonel Begaultlaan

Het stadsbestuur van Leuven start een ruimtelijk uitvoeringsplan op voor de Kolonel Begaultlaan. Vanaf 20 oktober 2023 tot en met 18 december 2023 kan je de startnota en procesnota inkijken op de website van de stad: Ruimtelijk uitvoeringsplan Vaart-West Begaultlaan | Stad Leuven

Op basis van de infoavond op 24 oktober en de documenten op de website van stad Leuven hebben ettelijke inwoners een gezamenlijk advies opgesteld. Je kan dit hieronder lezen.

Als je dit advies wil onderschrijven, kan je voor 10 december een mailtje sturen naar 3012wd@gmail.com  met vermelding van je naam en adres. We bezorgen het advies met de lijst van onderschrijvers aan het stadsbestuur. Je kan ook een eigen advies aan het stadsbestuur bezorgen met eigen elementen.

ADVIES

Aan het stadsbestuur van Leuven,

 

19 november 2023

 

betreft: advies openbaar onderzoek – startnota RUP Vaart-West en Kolonel Begaultlaan, Leuven

 

Naar aanleiding van de startnota voor het RUP Vaart-West en Kolonel Begaultlaan wensen wij hierbij de aandachtspunten te bezorgen vanwege het dorpscomité 3012WD en van de bijgevoegde lijst met buurtbewoners.

Vooreerst willen we aangeven dat we verheugd zijn dat er werk wordt gemaakt van een RUP, waardoor er eindelijk duidelijkheid en uniformiteit komt voor de vaartsite/ Kolonel Begaultlaan.
De startnota bevat verschillende zeer waardevolle elementen en we ondersteunen de ambitie te komen tot 'een bruisend stadsdeel aan het water'.

Naast de punctuele aandachtspunten verder in onze nota willen we een meer fundamentele bekommernis aankaarten. Ondanks de inbreng van buurtbewoners in allerhande ontwikkelingsplannen, het formuleren van verbetervoorstellen, herhaalde inspraakmomenten, herhaalde verkiezingsbeloftes enzovoort blijft een globale visie op Wilsele-Dorp achterwege. Het voorliggende RUP heeft verstrekkende gevolgen voor Wilsele-Dorp, maar het is onmogelijk de voorstellen af te toetsen aan het kader voor Wilsele-Dorp omdat er geen kader is.
Zo kan de ontwikkeling van de sites Van Eyck en Celis en de mogelijke publieke ruimtes op deze sites niet los gezien worden van de ontwikkeling van de Sint-Martinuskerk, de pastorij, zaal Pacem en een al lang beloofd centraal dorpsplein.
Zo kunnen de mobiliteitsvraagstukken over de Kolonel Begaultlaan niet los gezien worden van de mobiliteitsvisie op Wilsele-Dorp en de ontwikkeling van Leuven Noord.
Zo is het onduidelijk welke rol het Verbeeckplein, het Hagelandpark en de vijvers van Bellefroid spelen in de groene dwarsverbanden tussen Wilsele-Dorp en de vaart (we doen meteen de suggestie voor een zwemzone in het verlengde van de Zwaaikom).
Zo is het onduidelijk hoe de Bleydenbergschool en basisschool Lab’Oh aansluiting kunnen vinden bij deze groene dwarsverbanden.
De kern van Wilsele-Dorp is tot heden gelukkig gespaard van grote projectontwikkelaars, maar dat is geen reden om de vele bewoners een globale visie te ontzeggen.

Daarnaast wordt aangegeven dat de ontwikkeling van het RUP een aantal projecten die reeds in de steigers staan, niet zal kunnen verhinderen om van start te gaan. Dit is de wereld op zijn kop. Hier moet de garantie komen dat de stad de krijtlijnen van het toekomstige RUP gebruikt om dergelijke projecten goed te keuren. De stad Leuven moet de krijtlijnen bepalen en niet de projectontwikkelaars.

Niettegenstaande in het onderzoek tot milieueffectenrapportage besloten wordt dat het plan geen aanleiding tot negatieve effecten heeft, geven we een aantal duidelijke opmerkingen mee :

1)      De mobiliteitsgevolgen van deze ruimtelijke ontwikkelingen dienen beter en concreter in kaart gebracht te worden, rekening houdend met enerzijds de functies indien alle projecten effectief gerealiseerd worden en anderzijds de aangekondigde mobiliteitsingrepen. De Kolonel Begaultlaan ligt moeilijk qua ontsluiting als hier ettelijke bedrijfjes komen die vooral aan lokale dienstverlening doen. In alle scenario’s is te weinig onderzocht wat de gevolgen zijn van de  routes en het sluipverkeer. Er is dan ook een acute bezorgdheid voor extra sluipverkeer en verkeersonveiligheid doorheen woonbuurten zoals de Leopold Decouxlaan, de Marguerite Lefèvrelaan/Panoramalaan of de Pastoor Legrandstraat/Albert Woutersstraat (richting Mechelsesteenweg) en anderzijds via de Herentsesteenweg of de Bornestraat. Er is maar 1 redelijke ontsluitingsweg via de Schuiteniersbrug en de Aarschotsesteenweg/Wijgmaalsesteenweg. Alle andere mogelijkheden zijn ongewenste sluiproutes. Zoals beschreven en overeengekomen in het  mobiliteitsplan van Wilsele-Dorp verwachten we ingrepen die het sluipverkeer in de woonstraten terugdringen, de veiligheid en comfort van fietsers verbeteren en het leven en wonen in Wilsele-Dorp aangenamer maken. Een speciale aandacht wordt hierbij gevraagd voor de 2 schoolomgevingen waar verkeersveiligheid een absolute topprioriteit moet zijn.

2)      De uitdaging om de vermelde mobiliteitsnoden op te lossen voor de Kolonel Begaultlaan is groot, gelet op de beperkte ruimte. We noteren de combinatie van (extra) busverkeer, de ontsluiting van de bedrijven, de ontsluiting van het woongebied (zowel Wilsele-Dorp en de extra woonzones die men creëert), de 2 fietssnelwegen (die steeds meer fietsverkeer zullen moeten opnemen) en de gewenste wandelpaden langs het kanaal. We verwachten hierrond een adequate oplossing. Dit issue wordt veel te beperkt vermeld in de startnota. Als het mobiliteitsprobleem niet kan opgelost worden, kunnen de vermelde functies niet zomaar gerealiseerd worden.

3)      We verwachten sluitende garanties op een natuurversterking en een betere natuurverbinding tussen de site van de abdij van Keizersberg en de vijvers van Bellefroid via de steilrand van Wilsele-Dorp. We verwachten wezenlijke groene verbindingen en een naadloos aansluiten op het masterplan voor de vijvers van Bellefroid. Dit door een robuuste groenstructuur te realiseren op een natuurlijke en duurzame manier door de natuur zelf ruimte te geven, niet aan de hand van mechanische infrastructuur (vb. water naar de steilrand of op daken te pompen). Dat is duur en het onderhoud van deze ‘onnatuurlijke systemen’ kost veel geld. De natuurverbinding en -versterking mag niet beperkt blijven tot de huidige situatie, noch verscholen liggen in de achtertuinen. In een RUP moet men ook het verdwijnen van bestaande infrastructuur durven inschrijven.

4)      We verwachten garanties op de realisatie van buffergebieden tussen de bedrijven en de woonzones. We merken hierbij op dat er zelfs een bedrijf (deels) gelegen is in buffergebied (volgens het gewestplan), en verwachten dan ook dat dit effectief verdwijnt. Dit schept ook mogelijkheden om de natuurversterking (zie hoger) en de verwachtte dwarsverbindingen te realiseren (zie verder).

5)      We verwachten garanties rond de vermelde ontharding, en benadrukken dat onder geen enkel beding mag afgeweken worden van max 80% verharding.

6)      De vermelde hoogteaccenten zijn storend, onnodig en dienen geschrapt. De landschappelijke waarde van de steilrand moet ten stelligste visueel blijven. Architecturale eentonigheid kan perfect voorkomen worden door voldoende open ruimte te voorzien tussen bebouwde percelen. Hoogteaccenten zijn eveneens al ruim voldoende aanwezig in de omgeving van de Vaartkom en langs de oostzijde van de Vaart. Het hoogteaccent van Wilsele-Dorp, dat mede identiteit geeft, is de Sint-Martinuskerk.
Een maximale hoogtenorm doorgetrokken voor de hele Kolonel Begaultlaan van 4 bouwlagen (huidige hoogte van Marie Thumas) zal de leefbaarheid van het gebied versterken.

7)      We verwachten duidelijke garanties op de aangekondigde extra en te heropenen dwars- en langsverbindingen / trage wegen voor voetgangers en fietsers van Wilsele-Dorp naar de Kolonel Begaultlaan van aan Keizersberg tot aan de vijvers van Bellefroid . Een globale visie moet hier een kader voor scheppen.

8)      De startnota geeft aan dat economische bedrijvigheid prioritair wordt gesteld voor het betrokken gebied. Wij vragen hierbij een explicietere omschrijving per zone hoe de 4 vermelde ambities (verblijfskwaliteit, ruimte voor economie, ecologische kwaliteit en ruimtelijk rendement halen) aan bod komen.

9)      In het kader van leefbaarheid vragen wij duidelijkere garanties dat de toegelaten bedrijvigheid geen milieu- en gezondheidshinder veroorzaken. In dat kader stellen we o.a. vast dat voor de MER-analyse in het kader van geluidshinder enkel mogelijk toegenomen mobiliteit besproken wordt. Het is zeker minstens even belangrijk dat toegelaten bedrijvigheid geen enkele geluidshinder veroorzaakt. Zo wordt voor het noordelijke deel beschreven plaats te willen bieden aan bedrijvigheid en geen bewoning, zodat geen geluidshinder zou ontstaan. Maar de bewoning van de aanpalende straten (Pastoor Legrandstraat, Hagelandstraat en Spaarzaamheidstraat) moeten evenzeer zeker gespaard kunnen blijven van geluidshinder. Bij gebruik van daken dient ook de mogelijke impact naar omliggende woonbuurten bekeken te worden. Bv horeca-functies op daken kan overlast veroorzaken naar de buurt.

10)   Bij de toegelaten bedrijvigheid verwachten wij eveneens dat beschreven wordt dat geen risico op grondwaterverontreiniging noch biotoopverlies mag ontstaan.

 

Graag doen we ook een suggestie om volgende keer de inspraakmomenten toch transparanter te maken door ervoor te zorgen dat alle vragen, opmerkingen, bedenkingen en de reacties hierop door alle aanwezigen kunnen gevolgd worden en niet te werken met een opdeling in kleine groepjes die tegelijkertijd te woord worden gestaan. Een mogelijke manier hiervoor kan zijn om na de toelichting een korte pauze te voorzien tijdens dewelke aanwezigen hun vraag op papier kunnen formuleren. Wie niet graag in publiek een vraag stelt kan zo ook een bezorgdheid of vraag doorgeven.

Wij vragen dat wij als bewoners en buurtorganisaties ook een inspraakmoment krijgen volgend op het voorontwerp.

 

We verwachten dat het stadsbestuur rekening houdt met bovenvermelde opmerkingen.

 

Het dorpscomite 3012WD en de buurtbewoners van Wilsele-Dorp